Elke vluchteling die in ons land asiel aanvraagt, heeft tijdens zijn asielprocedure recht op een veilig onderkomen. Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) vangt deze mensen op in AZC’s, biedt basisvoorzieningen en begeleidt hen bij hun toekomst; in Nederland of daarbuiten. Een gesprek met Loek ter Hark van het COA, een van de locatiemanagers van AZC Budel-Cranendonck.
De voormalige Casimir Dietzkazerne is nu ruim vijf jaar in gebruik als asielzoekerscentrum. Hoeveel mensen wonen er op dit moment?
“Ongeveer 1350. De meesten zijn oorlogsvluchtelingen uit Syrië en Eritrea. Daarnaast vinden asielzoekers uit Noord-Afrika en Iran hier tijdelijk onderdak. Zolang hun asielprocedure loopt en er nog geen duidelijkheid is over hun toekomst, worden zij opgevangen in woongebouwen, verspreid over het terrein.”
Hoe geeft het COA invulling aan de opvang aan de opvang en begeleiding?
“Asielzoekers delen met vier of vijf personen een kamer, gezinnen wonen natuurlijk bij elkaar. Er is een recreatieruimte en een open leercentrum met internet. Kinderen gaan naar de basisschool in Maarheeze of volgen voortgezet onderwijs op het COA-terrein. Bij volwassenen richt onze begeleiding zich vanaf dag 1 op de toekomst. In Nederland of in hun eigen land, afhankelijk van de kansen op een verblijfsvergunning. In de periode die ze in het AZC in Budel wonen, proberen we hen zoveel mogelijk te activeren en te laten deelnemen aan de samenleving. En dat gaat uitstekend. De meeste mensen willen niet op hun kamer blijven zitten, ze zoeken juist afleiding en vinden het fijn om zinvol bezig te zijn.”
Hoe ziet die activering er in de praktijk uit?
“Binnen het project Zelfwerkzaamheid verrichten onze bewoners allerlei hand- en spandiensten op het AZC-terrein en daarbuiten. In de recreatiezaal, het magazijn, de fietswerkplaats of de schoonmaakploeg; overal steken ze de handen uit de mouwen. Ze maken welkomstpakketten voor nieuwe bewoners, ruimen zwerfvuil op, ondersteunen bij het groenonderhoud in het Weerterbos, doen mee aan sport- en spelactiviteiten en helpen mee bij evenementen. Omgekeerd helpen vrijwilligers uit Cranendonck ook mee bij de activiteiten in ons AZC. In de toekomst willen we nóg nadrukkelijker de verbinding zoeken met de gemeenschap. Rondleidingen verzorgen op het COA-terrein. De regio in om voorlichting te geven. Het gesprek aangaan met organisaties en vragen wat onze bewoners voor hen kunnen betekenen.”
Wat maakt het AZC in Budel anders dan andere asielzoekerscentra?
“Vluchtelingen die hier arriveren, doorlopen op één locatie de volledige asielprocedure. Ze hoeven dus niet heen en weer te reizen. Alle instanties in de vreemdelingenketen zijn in het AZC aanwezig en werken samen in de zogeheten aanmeldstraat. Nadat de asielaanvrager is geïdentificeerd en geregistreerd, krijgt hij onderdak op het terrein en start de asielprocedure. Elke vluchteling heeft recht op juridische ondersteuning, kan een beroep doen op medische zorg en krijgt leefgeld. Terwijl de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) de asielaanvraag beoordeelt, zorgt het COA voor de opvang en begeleiding. Wordt de aanvraag afgewezen, dan bereidt de dienst Terugkeer & Vertrek de aanvrager voor op een terugkeer. Dit alles in nauw overleg.”
Wat levert die samenwerking op?
“Doordat we als ketenpartners op dezelfde locatie werken, kunnen we sneller schakelen en procedures efficiënter doorlopen. Dat is prettig voor de asielaanvrager die daardoor eerder duidelijkheid krijgt over zijn toekomst. Verder biedt deze samenwerking ook voordelen in het contact met externe partners. Onze relatie met de gemeente Cranendonck, omwonenden en winkeliers is goed. De lijnen zijn kort. Als er iets gebeurt, kunnen we snel handelen.”
Is er vaak overlast?
“Zoals in elke gemeenschap waar 1350 mensen samenleven, gebeurt ook hier wel eens wat. Daar hoeven we niet omheen te draaien, dat is vervelend en daar zitten we met z’n allen ook bovenop. Maar het is wel belangrijk om incidenten in het juiste perspectief te blijven zien. Slechts 1 procent van de bewoners veroorzaakt overlast. Dat staat in schril contrast met al het moois dat hier gebeurt.”
Hoe zou je dit positieve verhaal willen samenvatten?
Het AZC in Budel is uitgegroeid tot een volwaardig onderdeel van de samenleving. We dragen op verschillende manieren ons steentje bij. Daarbij staan onze deuren open voor iedereen. Laatst hadden we 100 leerlingen van een basisschool in Eindhoven te gast. Ze kregen een rondleiding en luisterden naar de vluchtverhalen van enkele jonge bewoners. Het is heel bijzonder om te zien wat er gebeurt als inwoners uit deze regio in contact komen met onze bewoners. Hun beeld wordt genuanceerder. Anonieme asielzoekers worden mensen. Mensen voor wie je begrip voelt en met wie je meeleeft.”
Wat drijft jou als locatiemanager in je dagelijkse werk?
In de twintig jaar die ik nu voor het COA werk heb ik vele schrijnende verhalen gehoord. Het is vreselijk als je vanwege oorlog alles kwijtraakt wat je lief is. Je familie, je huis, je veiligheid, je vrijheid. Dat gun ik niemand. Ieder mens in nood verdient een veilige opvangplek. De samenwerking met de gemeente en overige ketenpartners brengt veel goeds, zo leert de praktijk. Niet alleen in de aanpak van overlast, maar vooral in het bundelen en uitdragen van positieve ervaringen. Zoals gezegd: er gebeurt hier zoveel moois, er is zoveel talent. Bij de dagelijkse logistiek in het AZC krijgen we nu bijvoorbeeld hulp van een man uit Syrië. Een specialist op het gebied van voorraadbeheer. Zijn vernieuwende blik en adviezen zijn een regelrechte verademin