Bij een mooi leven hoort ook een waardige dood. Misschien niet leuk om over te praten, maar veel te belangrijk om over te zwijgen. Omdat ieder mens op zijn eigen manier wil sterven, maakt Vivantes de persoonlijke wensen bij een opname in het verpleeghuis vroegtijdig bespreekbaar. Zo weet iedereen wat er moet gebeuren als het einde nabij is en krijgt de cliënt het slotakkoord dat hij verdient. Sterven is te waardevol om een taboe te zijn.
Ongeveer een jaar geleden werd Hub opgenomen in een hospice in de Westelijke Mijnstreek. Een man van midden tachtig. Ongeneeslijk ziek en geestelijk klaar om te sterven. Maar omdat zijn lichaam sterker bleek dan zijn artsen hadden verwacht, werd Hub na een halfjaar weer ontslagen uit het hospice en opgenomen op de somatische verpleegafdeling van La Famille in Elsloo. Zwaar tegen zijn zin in omdat hij zelf wilde beslissen over zijn naderende einde.
Mirjam Larue, verzorgende IG bij Vivantes, zag een man binnenkomen die klaar was met zijn leven, zijn doodswens ook hardop uitsprak, maar tegelijkertijd moeite had om zijn vrouw los te laten. “Mijn eerste reactie was: kom op, laten we nog iets van het leven maken. Maar in het gesprek dat ik met hem aanging, merkte ik hoe serieus zijn wens was. Ik dacht: het is zíjn leven, het is zíjn keuze. Die heb ik te respecteren. Hoewel Hub vanwege zijn ziekte moeite had zich verstaanbaar te maken, was hij geestelijk nog in prima conditie. We hadden een klik, ik begreep hem en vond dat ik zijn euthanasiewens bespreekbaar moest maken.”
Sterven op je eigen manier
En dus deelde Mirjam haar verhaal met collega Marianne van den Kerkhof, palliatief aandachtsfunctionaris en intern coach bij Vivantes. Zeg maar de spin in het web als het gaat om de zorg in de laatste levensfase. Zij coacht en stimuleert medewerkers en vrijwilligers om met cliënten in gesprek te gaan over de dood en dit onderwerp uit de taboesfeer te halen. In de training ‘Sterven op je eigen manier’ (STEM) reikt Marianne hier hulpmiddelen voor aan. “Bij palliatieve zorg is de grootst mogelijke zorgvuldigheid geboden. Ieder mens leeft op zijn eigen manier en sterft dus ook op zijn eigen manier. Er zijn ruwweg vijf levensstijlen. De een regisseert zijn einde zelf, de ander duwt het onderwerp weg of blijft naar genezing zoeken. Weer een ander vertrouwt in stilte op zijn familie of geloof of benadert de dood rationeel. Wanneer je als medewerker of vrijwilliger weet wie je voor je hebt, kun je beter inspelen op iemands persoonlijke wensen en komt er als het einde nabij is niemand voor verrassingen te staan.”
Geruststellende gedachte
Als het gaat over euthanasie komen er allerlei praktische vragen op Marianne’s pad. Wanneer wordt een verzoek ingewilligd? Hoe gaat euthanasie precies in zijn werk? Wie zijn erbij betrokken? Welk beleid moet ik intern uitzetten? Waar het op neerkomt, is dat niets aan het toeval wordt overgelaten. Rond euthanasie gelden strenge procedures. Zo moet bijvoorbeeld worden vastgesteld dat er sprake is van uitzichtloos en ondraaglijk lichamelijk en/of psychisch lijden. Alleen de patiënt zelf kan een euthanasieaanvraag indienen, niet de familie of andere naasten. Hij of zij heeft een wilsverklaring nodig en moet herhaaldelijk en bij volle verstand (zelfs nog vlak voor de levensbeëindiging) aangeven te willen sterven. Verder moet een onafhankelijke SCEN-arts (Steun en Consulatie Euthanasie Nederland) zich over de euthanasieaanvraag buigen.
“Heel waardevol”, noemt verzorgende IG Mirjam Larue de interne training die haar hielp om de persoonlijke wensen van cliënt Hub inzichtelijk te krijgen. “En minstens zo waardevol is het gevoel dat je er als medewerker niet alleen voor staat. Er staat altijd een professional naast je bij wie je terechtkunt met je vragen en twijfels. Een geruststellende gedachte.”
Dankbaar
Rond de euthanasieaanvraag van Hub was er geen enkele twijfel. Zijn lichamelijke gezondheid ging achteruit en het was glashelder dat er voor hem geen uitzicht meer was op een volwaardig leven. Met toestemming van Hub en de familie mocht Mirjam er begin februari bij zijn. “Op die laatste dag van zijn leven gingen de medewerkers van de afdeling een voor een bij hem naar hem naar binnen. Een kort praatje of nog even zijn hand vasthouden; ieder nam op zijn eigen manier afscheid. Om aan te geven hoe groot de betrokkenheid was. Heel bijzonder. Voordat Hub in slaap werd gebracht, zei hij met een brede glimlach ‘Dít was mijn wens’ en werd er met een glaasje cognac getoast op zijn leven.”
En zo had Hub tot het allerlaatste moment de controle over zijn leven. Mirjam kijkt er met grote dankbaarheid op terug. “Ik vond het enorm fijn dat ik er bij mocht zijn. Daardoor heb ik met eigen ogen kunnen zien dat Hub ook het afscheid kreeg dat hij wenste en verdiende. Heel rustig, heel mooi. Een waardige dood.”